Nieuwe techniek

Introductie cabriolet

Zes maanden na de introductie van de cabriolet kwam er voor het eerst een inspuit motor volgens het Kugelfischersysteem. Dat leverde onder andere door een hogere compressieverhouding (8,8 in plaats van 7,4:1) 13 pk meer op. De maximumsnelheid werd daarmee van 148 op 158 km per uur gebracht. Eind 1962 kregen de berlines eveneens deze motor als keuze mogelijkheid.

In de praktijk bleken de inspuitmotoren veel gevoeliger te zijn voor mankementen dan de carburateurmotoren. Bij het gewone model waren afstanden van 400.000 km normaal. Het model met inspuit motor haalde echter zelden meer dan 250.000 km. De reden daarvoor was, dat men in de jaren ’60 onvoldoende ervaring had met een dergelijk ingewikkeld mechanisme.

 

 

Ruime nieuwe Peugeot auto’s

Halverwege 1962 completeerde Peugeot het programma van de 404 met de langere ‘familiale’ en ‘commerciale’ de 404 L en de 404 U6. Dit waren bijzonder ruime auto’s meteen naar boven scharnierende achterdeur. De limousine familiale beschikte over dezelfde motor als de berline en viel daardoor eveneens in de 9 CV-klasse. De commerciale daarentegen gebruikte de iets aangepaste 1468 cc-motor uit de 403 en was daardoor belastingtechnisch een 8 Cv. Ten slotte konden beide uitvoeringen ook met een 7 CV-diesel worden afgeleverd. Dit was dezelfde Indénor-motor als in de 403. Net als de benzinemotoren, werd ook de dieselmotor gekanteld, zij het dat de hoek 20 graden minder was. In het voorjaar van 1963 kwam de dieselmotor ook voor de berlines beschikbaar, eerst alleen in taxi’s en daarna ook in de overige modellen.

 

Totale productie van de 404

In 1963 was het aandeel van de 404 in de totale productie van Peugeot opgelopen tot 70% De overige 30% nam de 403 voor zijn rekening. De 404 kreeg In dat jaar (1963) bumperrozetten met rubber. De luxe modellen werden ook voorzien van fraaiere wieldoppen. De krukas van de motor was voortaan vijfmaal gelagerd. Het enige echte nieuwtje was de toepassing van een 8 CV -dieselmotor met een inhoud van 1948 cc, die 13 pk meer leverde dan de bestaande uitvoering. Peugeot plaatste de motor bij wijze van proef in een cabriolet, voorzag die auto van een kap over de bestuurdersplaats en ging ertussen 4 en 15 juni 1965 – op het circuit van Montlhéry – mee op recordjacht. In 72 uur tijd legde deze Speciale 404 maar liefst 11.627 km af met een gemiddelde snelheid van 161,49 km per uur. Vijf bestuurders wisselden elkaar om de drie uur af en vestigden 22 nieuwe records in de klasse E. Vervolgens monteerde Peugeot er een Indénor-diesel van 2163 cc in en reed nog eens 5000 km in klasse D, met een gemiddelde snelheid van 160 km per uur. Met deze dieseluitvoering brak Peugeot 18 records.

In 1965 ondergingen 404-modellen een aantal interessante veranderingen. De 1618 cc-benzinemotor steeg in vermogen dankzij een hogere compressieverhouding en de toepassing van grotere kleppen. De carburateur uitvoering beschikte toen over 76 pk en een maximumsnelheid van 146 km per uur. De inspuituitvoering ontwikkelde 96 pk en gaf de 404 een maximumsnelheid van 160 km per uur. Toen de Peugeot 404 hoe langer hoe sneller werd, moesten de remmen worden aangepast. Schijfremmen achtte Peugeot niet nodig. ln plaats daarvan bedacht men een systeem van Thermostable-remmen’. Hierbij paste men dubbele remcilinders toe, die via een rembekrachtiger de remschoenen gelijkmatig tegen de remtrommel drukten. Deze rembekrachtiger maakte het tevens mogelijk voeringen te gebruiken die minder gevoelig waren voor vocht en hoge temperaturen.

Lees verder

Succes in Afrika

De peugeot 404

In sportief opzicht kon de 404 aardig meekomen. Nadat met de 404 in 1963 al de 5000 km lange East African Safari was gewonnen, die toentertijd bekend stond als de langste en zwaarste rally ter wereld, zette Peugeot daarna met succes de injectiemotor in. Driemaal achtereen zegevierde Peugeot uit 80- chaux. Dat was een grootse triomf, omdat veel snellere wagens het nakijken werd gegeven. Op het parcours – met veel modder en veel stof – gaven de degelijkheid en betrouwbaarheid van de 404 de doorslag. Geen wonder, dat de wagen in Afrika ongehoord populair werd. Ook in andere rally’s behaalde Peugeot successen, zoals in de Grote Prijs van Argentinië (1965) en de Rally van Madagaskar (1967).

De veranderingen aan de Peugeot 404

De daaropvolgende jaren vonden in de 404-serie maar weinig veranderingen plaats. Naast de familiale kwam er een gelijksoortige break in het programma. In 1966 verdween bij de commerciële de 7 CV-dieselmotor. Hij werd vervangen door de 8 CV-dieselmotor, maar dan in iets afgezwakte vorm: 63 pk in plaats van 68 pk. In 1967 nam het vermogen van de carbarateurmotor toe tot 80 pk door een verhoging van de compressieverhouding tot 8,3:1. Ook maakte Peugeot intensief reclame voor de een jaar eerder geïntroduceerde automatische versnellingsbak van de Duitse firma ZF. Voor deze automaat kon op de meest luxe berline worden gekozen. De cabrioletten ondergingen een vernieuwing. Peugeot voorzag de gril van twee halogeenlampen, verder kwam er een nieuw dashboard. Speciaal voor de Verenigde Staten werden de modellen aangepast. Ze werden onder meer uitgerust met schijfremmen, veiligheidsriemen voor en achter, een ruitenwisser met twee snelheden en een voorziening om de uitlaatgassen ‘schoon’ te houden. Op 21 juni 1967 vierde Peugeot feest, omdat de miljoenste 404 gereed kwam!

In 1968 volgde bij de 404 een soortgelijke ontwikkeling als eerder bij de 403/7. Er werd, net als in de commerciële, een kleinere motor gemonteerd van 1468 cc. Daardoor ontstond een goedkope uitvoering onder de naam 404/8, die thuishoorde in de 8 CV-klasse. Merkwaardigerwijs werd juist alleen dit model, dat herkenbaar was door het ontbreken van bumper rozetten, met schijfremmen vóór uitgerust! De overige 404’s kregen een nieuwe versnellingsbak met het inmiddels in Europa ingeburgerde H-schakelpatroon.

Peugeot 504-serie

Na het verschijnen van de 504-serie, eind 1968, werd het 404-programma geleidelijk afgebouwd. Als eerste verdwenen de cabriolet en de coupé. Daarna volgden de injectiemodellen. De 9 CV-berline werd beperkt tot één model, dat toen ook schijfremmen kreeg. De 404/8 maakte eind 1969 plaats voor de nieuwe 304. In 1971 kwam een einde aan de 8 CV-benzinemotor in de commerciële. Dit model kreeg dezelfde motor als de berline, beide met nog maar 73 pk. Begin 1971 werden de lange uitvoeringen van de 504 op de markt gebracht, waarna de 404 L en U6 van het programma werden afgevoerd. De berline wist het, zowel met benzinemotor als met dieselmotor, nog even uit te houden, maar verdween in 1975 definitief, omdat de lopende band nodig was voor de nieuwe 604. In Argentinië bleef het model nog geruime tijd van de band rollen. Daar viel het doek voor de 404 pas in 1981.

Lees verder

Investeren in de toekomst

Peugeot 201

De 201 werd goed verkocht en maakte het voor Peugeot mogelijk, in de toekomst te investeren. In de jaren 1931 en 1932 onderging de fabriek in Sochaux een aanzienlijke uitbreiding en bood daarna aan 8000 mensen een arbeidsplaats. In totaal had Peugeot toen ongeveer 10.000 man in dienst. De productie van de oude 5 CV en 12 Six was inmiddels stopgezet en maakte begin 1932 plaats voor een nieuw 8 CV-model, de 30t Inmiddels was gebleken, dat het chassis van U-profielen in combinatie met onafhankelijke voorwielophanging, niet stijf genoeg was. De 301 werd daarom voorzien van het zogeheten ‘bloctubechassis’, waarin de U-profielen aan elkaar werden gelast tot veel sterkere kokerbalken. De 301 kreeg al gauw de naam robuust, gebruiksvriendelijk en compleet uitgerust te zijn. De viercilinderzijklepmotor was met 1465 cc wat groter dan die van de 201 en ontwikkelde 34 pk bij 3500 toeren per minuut. De 301 kon daardoor 90 km per uur halen. De motorkap kreeg, in plaats van de koelsleuven, verticaal geplaatste ventilatiekleppen.

Uiterlijk auto

Het langere bloctubechassis maakte het mogelijk een grotere limousinecarrosserie met zes zijruiten te monteren, ook wel conduite intérieure genoemd. Daarnaast kwam Peugeot met een berline de voyage (of coach), een cabriolet en een roadster. Wil jij de mooiste wieldoppen vinden, kijk dan op wieldoppen-online.nl. Een jaar later werden daaraan nog een coupé en een cabriolet ‘golf, een fauxcabriolet (een model dat er uitzag als een cabriolet, maar waarvan het dak niet omlaag kon) en een normale berline toegevoegd. Ook maakte Peugeot een zeven persoonsfamiliale en -commerciale, die werden aangeduid als 301 M (1932, met starre vooras en U-chassis) en 301 L (1933, met moderne voortrein en modern chassis). Ten slotte maakte Peugeot firma nog een serie commerciële voertuigen, de 301 T.

Autosalon in 1932

Op de Autosalon van 1932 kreeg de 201 C eveneens het nieuwe bloctubechassis en werd voortaan de 201 B genoemd. De 201 met starre vooras verdween, terwijl het aantal verkrijgbare carrosserieën – net als van de 301 met kleppen in de motorkap – sterk werd verkleind tot een berline, een coupé (op het korte chassis) en een commerciale. Het jaar daarop ondergingen de Peugeots vóór 1934 uitgebreide veranderingen. De spoorbreedte voor werd met 10 cm vergroot tot 1,3 m, waardoor de wagen er veel beter ging uitzien. Voorts kwam Peugeot met een nieuwe, aan de onderkant naar voren gebogen gril met een ander type koplampen. In de motorkap werden de ventilatiekleppen horizontaal geplaatst. De krukas, die tot dan toe tweemaal gelagerd was, kreeg er een extra hoofdlager bij en de motor werd voortaan in rubbers opgehangen. De versnellingsbak werd op de tweede en de derde versnelling gesynchroniseerd. In de naam kwam er een R bij: 201 BR en 301 CR. Van de 201 SR alleen werden een vierdeurs berline, een commerciale op het lange chassis (201 BR3) en een tweedeurscoach op het korte onderstel (201 SR4) gemaakt. De 301 daarentegen kreeg er een aantal varianten bij. De fauxcabriolet (de ‘onechte’ cabriolet) werd omgedoopt in berline toerisme sport. Aan de lange chassisuitvoering, 301 LR genaamd, werd een coach sport toegevoegd en er kwam een geheel nieuw model bij, de 301-aérodynamique. De gestroomlijnde achterzijde van deze berline werd in een jaar tijd tweemaal door Peugeot aangepast en er verscheen vervolgens ook een cabriolet.

Lees verder